GEEN REDDING MEER

Toen God de laatste van Zijn uitverkorenen redde, maakte Hij een einde aan de mogelijkheid van redding voor de ongeredde mensen van de wereld door de deur van de hemel te sluiten op 21 mei 2011. Vanaf dat moment is er geen enkel persoon meer ergens ter wereld gered. Toen God de deur van de hemel sloot (een geestelijke deur die geen mens ooit kon zien terwijl hij open was: noch konden ze zien toen hij eenmaal gesloten was) was de geestelijke toestand van elke persoon permanent vastgelegd en gevestigd. De volgende Schriftgedeelten nu van kracht worden:

Openbaring 22: 10-11 En Hij zeide tot mij: Verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want de tijd is nabij. 11 Wie onrecht doet, laat hij nog meer onrecht doen; en wie vuil is, laat hij nog meer vuil worden; en wie rechtvaardig is, laat hij nog meer rechtvaardig worden; en wie heilig is, laat hij nog meer heilig worden.

Nooit meer zal een zondaar uit een leven van geestelijke duisternis worden gehaald en worden vertaald in Gods koninkrijk van licht. Na duizenden jaren van het verspreiden van het evangelie in de wereld om verloren zondaars te vinden en te redden, was Gods plan nu eindelijk voltooid. De tijd van het oordeel was nu over de wereld gekomen. En het oordeel was dat er geen redding meer zou zijn voor de mensheid. Gedurende de Dag des Oordeels (wat een verlengde periode is die begint op 21 mei 2011 en volgens veel Bijbels bewijsmateriaal heel goed kan eindigen in het jaar 2033), zullen de ongeredden ongered blijven en de geredden zullen gered blijven. Niemands geestelijke toestand kan worden veranderd.

V: Hoe kun je zeggen dat God op die datum, 21 mei 2011, stopte met het redden van mensen? Ik dacht dat God altijd mensen zou redden zolang de wereld zou blijven bestaan?
A: Om goed te begrijpen wat God deed toen Hij op 21 mei 2011 de deur van de hemel sloot, moeten we een algemeen begrip hebben van Gods reddingsprogramma. Volgens de Bijbel staat ieder mens schuldig voor God en verdient terecht de doodstraf voor onze zonden tegen Hem. Omdat alle mensen zondaars zijn en niemand rechtvaardig is, zou geen mens ooit genoeg goede werken kunnen doen om redding te verdienen of God ertoe te brengen hen te redden. God besloot echter genadig om een ​​deel van de mensheid te redden (een overblijfsel uit het geheel) die door Hem alleen als resultaat van Zijn welbehagen waren uitgekozen. God selecteerde deze mensen om redding te verkrijgen voordat een van hen geboren was. Het programma van Gods verkiezingsplan werd uitgevoerd door de geschiedenis van de wereld heen en werd uiteindelijk, voltooid datum van 21 mei 2011.

GOD IS SOEVEREIN OVER WIE HIJ REDT

De Bijbel onthult Gods volledige soevereiniteit in de kwestie van degenen die Hij besloot te redden:

Efeziërs 1:4-5 Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren vóór de grondlegging van de wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor zijn aangezicht in de liefde. 5 Hij heeft ons tevoren bestemd om als zijn kinderen aangenomen te worden door Jezus Christus, overeenkomstig het welbehagen van zijn wil.

De Bijbel noemt deze ‘uitverkorenen’ ook wel de ‘uitverkorenen’ van God.

1 Petrus 1:2 Uitverkoren overeenkomstig de voorkennis van God de Vader,…

We lezen dat de namen van deze uitverkoren mensen door God in een boek werden opgetekend:

Openbaring 13:8 En allen die op de aarde wonen, zullen hem aanbidden, van wie de namen niet geschreven zijn in het boek des levens van het Lam, dat geslacht is, van de grondlegging der wereld af.

Natuurlijk is er geen echt boek met de namen van de uitverkorenen opgeschreven. Dit is een stijlfiguur die ons leert dat God degene is die lang geleden iedereen heeft geselecteerd die Hij wilde redden uit elke generatie van de mensheid. Dit proces van verkiezing komt opnieuw in beeld in het boek Romeinen:

Romeinen 9:11-13 (Want toen de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods naar de verkiezing zou blijven bestaan, niet uit de werken, maar uit Hem Die roept;) werd tot haar gezegd: De meerdere zal de mindere dienen. Zoals geschreven staat: Jakob heb Ik liefgehad, maar Ezau heb Ik gehaat.

Voordat een van de tweelingjongens iets goeds of kwaads had gedaan, besloot God om Jakob lief te hebben en Esau te haten. Om Jakobs zonden te vergeven, maar niet Esau’s zonden. De uitspraak van de Heer over deze echte tweelingjongens geeft ons een uitstekend voorbeeld van hoe Gods verkiezingsprogramma werkt. Omdat Jakob werd gekozen (en Esau niet) voordat ze zelfs maar geboren waren, laat dit op een verbazingwekkende manier zien dat de goede daden of slechte werken van een persoon niets te maken hebben met of iemand al dan niet een ontvanger is van Gods genade. Dit is waarom de Bijbel zegt dat God kiest naar Zijn eigen welbehagen.

De Heer, wetende dat sommige mensen zouden zeggen dat het niet eerlijk was om de een lief te hebben en de ander te haten, ging een stukje verder in Romeinen hoofdstuk 9 in op dit soort beschuldigingen:

Romeinen 9:14-15 Wat zullen wij dan zeggen? Is er onrechtvaardigheid bij God? verbieden niet. Want Hij zegt tot Mozes: Ik zal Mij ontfermen over wie Ik Mij ontferm, en Ik zal barmhartig zijn voor wie Ik barmhartig ben.

De Bijbelse leer over verkiezing onthult God als een soevereine koning in de kwestie van wie Hij precies heeft besloten te redden. God verontschuldigt zich niet voor het uitkiezen van bepaalde mensen om gered te worden. Als alle mensen immers hun verdiende beloning zouden ontvangen, zou niemand gered worden; we zouden allemaal omkomen en vernietigd worden door Gods toorn.

De menselijke geschiedenis kan terecht worden begrepen als de periode die God het leven op aarde gaf om te bestaan ​​met als enig doel dat God Zijn plan van redding (voor de uitverkorenen) en Zijn plan van oordeel (voor alle niet-uitverkorenen) zou uitwerken. De periode die God de mensheid gaf om gered te worden, eindigde op 21 mei 2011. Het was op dat moment in de tijd dat de Heer ieder van Zijn uitverkoren mensen had gevonden: al degenen die voorbestemd waren om verlossing te verkrijgen voordat de wereld begon. Sinds 21 mei 2011 zijn we de periode van Gods oordeel over deze wereld ingegaan vanwege onze zonden tegen Hem. We leven momenteel allemaal in deze Dag des Oordeels.

GOD IS OOK SOEVEREIN BETREFFENDE WANNEER HIJ BESPAART

God besloot Zijn reddingswerk van de uitverkorenen te voltooien gedurende een periode die Hij in de Bijbel de “Dag van Redding” noemde. Wanneer deze verlengde “geestelijke dag” eenmaal ten einde kwam, zou ook de redding ten einde komen:

2 Korintiërs 6:2 (Want Hij zegt: Ik heb u in de aangename tijd verhoord, en op de dag van de zaligheid heb Ik u geholpen. Zie, nu is het de aangename tijd, zie, nu is het de dag van de zaligheid.)

De aanvaardbare tijd, de dag van de redding, is ook wat Jezus in het evangelie van Johannes zei:

Johannes 9: 4 Ik moet de werken doen van Hem Die Mij gezonden heeft, zolang het dag is; er komt een nacht waarin niemand kan werken.

Het werk waar Christus naar verwijst, zijn de werken van redding die de Vader Hem te doen gaf:

Johannes 6:29 Jezus antwoordde en zei tegen hen: Dit is het werk van God: dat u gelooft in Hem die Hij gezonden heeft.

Natuurlijk mogen we de duidelijke vermaning die Johannes 9:4 ons geeft, niet missen, dat de dag zou eindigen en wanneer dat gebeurde, zou het werk van de Heer Jezus Christus (van verlossing) niet in de nacht die zou volgen, kunnen worden uitgevoerd. Tijdens deze intense periode van geestelijke duisternis die volgt op de Grote Verdrukking, voert de Heer Jezus Christus niet langer het werk van het redden van zondaars uit. Het licht van het evangelie, voor zover het de verlossing betreft, is over de hele wereld uitgegaan.

Mattheüs 24:29 En terstond na de verdrukking van die dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar schijnsel niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de krachten van de hemelen zullen geschokt worden.

Helaas eindigde de dag van redding, overeenkomstig Gods plan, op 21 mei 2011 (samen met de periode van de Grote Verdrukking en de late regen) en is de geestelijke nacht over de wereld gekomen.

DE HEER ZOEKEN VOORDAT DE DAG VAN TOORN KOMT

Het was gedurende de periode die bekend staat als de “Dag van Redding” dat God zondaars aanmoedigde om tot Hem te komen en om genade te roepen, in de hoop dat zij een van die uitverkoren mensen zouden zijn. De volgende passage is typerend voor dit soort aanmoediging:

Zefanja 2:2-3 Voordat het besluit naar voren komt, voordat de dag doorgang als kaf, voordat de brandende toorn van de HEERE over u komt, voordat de dag van de toorn van de HEERE over u komt. 3 Zoek de HEERE, alle zachtmoedigen des lands, die Zijn recht gedaan hebt; zoek gerechtigheid, zoek zachtmoedigheid; misschien zult gij verborgen worden op de dag van de toorn van de HEERE.

Let op, in Zefanja 2:2-3 gebiedt God de mens om de Heer te zoeken “VOORDAT de dag van de toorn van de Heer over u komt.” Het is gedurende de tijd voorafgaand aan het uitgieten van Zijn toorn dat God genadig en barmhartig en vriendelijk is jegens zondaars (als zij toevallig een van Zijn uitverkorenen zijn). Maar de sterke en onmiskenbare implicatie is --- dat zodra de dag van Zijn toorn komt, er geen dergelijke vriendelijkheid meer aan zondaars zal worden getoond. God is heel duidelijk geweest door de hele Bijbel heen dat de Dag des Oordeels geen tijd is om God te zoeken voor verlossing. Zodra de Dag des Oordeels komt (en die is gekomen) dan wordt er geen genade meer verleend, geen verdere genade verleend, en geen extra mededogen geschonken aan degenen die de wet van God hebben overtreden.

Jakobus 2:13 Want het oordeel zal zonder barmhartigheid zijn voor hem, die geen barmhartigheid bewezen heeft;

De dag van redding was van kracht gedurende de 1955 jaar van het kerktijdperk (33 n.Chr. tot 1988 n.Chr.). Daarna, na de eerste 2300 avonden van de grote verdrukking, begon God in september 1994 opnieuw de wereld te evangeliseren met wat de Bijbel de late regen noemt. Gedurende dit korte seizoen van ongeveer 17 jaar zou God Zijn verlossingsprogramma tot een hoogtepunt brengen door een grote menigte mensen uit de naties van de wereld te redden. God opende de Schriften aan het begin van de grote verdrukking om een ​​groot aantal waarheden te onthullen. Hieronder viel ook de informatie over "tijd en oordeel".

De Bijbel onthulde een tijdlijn die de data voor het einde van het kerktijdperk (21 mei 1988) en de datum voor het begin van de Oordeelsdag (21 mei 2011) omvatte. God bewoog Zijn volk om de boodschap van 21 mei 2011, de Oordeelsdag, over de hele aarde uit te zenden en deze boodschap van het naderende oordeel werd door God gebruikt om Christus' verzoenende werk toe te passen op een groot aantal mensen over de hele aarde. De Bijbel geeft aan dat God meer mensen redde in de korte periode van de late regen dan Hij in de hele voorgaande geschiedenis had gedaan.

Openbaring 7:9,13-14 Hierna zag ik, en ziet, een grote schare, die niemand tellen kon, uit alle naties, en stammen, en volken, en talen, stond voor de troon en voor het Lam, bekleed met witte gewaden, en palmtakken waren in hun handen. 13 En een van de ouderlingen antwoordde, zeggende tot mij: Dezen, die bekleed zijn met witte gewaden, wie zijn zij? en vanwaar zijn zij gekomen? 14 En ik zeide tot Hem: Heere, gij weet het. En Hij zeide tot mij: Dezen zijn het, die uit de grote verdrukking komen, en hebben hun gewaden gewassen, en hebben ze wit gemaakt in het bloed des Lams.

Uiteindelijk, op 21 mei 2011, eindigde de periode van de Grote Verdrukking en kwam de late regen ten einde. Tegen die tijd waren alle uitverkoren gevangenen door Christus bevrijd. Gods Woord had nu zijn doel bereikt om alle verloren schapen van het huis van Israël te vinden. Alle uitverkorenen, die waren uitgekozen om gered te worden van vóór het begin van de wereld, waren nu gered. De dag van redding werd beëindigd.

GOD SLUIT DE DEUR VAN DE HEMEL

Het lijdt geen vraag dat de Bijbel duidelijk leert dat God de sluit de hemeldeur op de Dag des Oordeels:

Lukas 13:24-25 & 28 Strijd om in te gaan door de nauwe poort, want velen, zeg Ik u, zullen zoeken in te gaan, maar zullen het niet kunnen. 25 Wanneer de Heer des huizes eens zal zijn opgestaan, en de deur gesloten heeft, en gij begint buiten te staan, en aan de deur te kloppen, zeggende: Heere, Heere, doe ons open! en Hij zal antwoorden, en tot u zeggen: Ik weet u niet, vanwaar gij zijt; 28 daar zal het geween zijn en het tandengeknars, wanneer gij Abraham, en Izak, en Jakob, en al de profeten in het Koninkrijk Gods zult zien, maar gijlieden buitengeworpen.

We zien uit dit verslag dat toen de Meester opstond om de deur te sluiten, Hij deze nooit meer opende. De smeekbeden van degenen die buiten de deur stonden, overtuigden Hem er niet van om Zijn besluit terug te draaien en de deur te openen. En de mensen die zich buiten de deur bevonden, mogen nooit meer binnenkomen vanuit hun positie van buitenaf.

Openbaring 22:14-15 Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat zij recht mogen hebben op de boom des levens, en door de poorten mogen ingaan in de stad. Want buiten zijn de honden, en de tovenaars, en de hoereerders, en de moordenaars, en de afgodendienaars, en al wie de leugen liefheeft en doet.

Opnieuw was het op 21 mei 2011 dat God de deur van de hemel sloot. Hij kon dit nu doen omdat alle mensen die Christus Zichzelf verplichtte te redden (door te sterven voor hun zonden vanaf de grondlegging van de wereld) nu gered waren. Toen alle uitverkorenen eenmaal veilig in het koninkrijk van God waren, werd de deur gesloten! Daarom waren ze net zo veilig in Gods koninkrijk door redding als Noach en zijn familie veilig waren in de ark op de dag dat de zondvloed begon.

Gen. 7: 11, 13 & 16 In het zeshonderdste jaar van Noachs leven, in de tweede maand, op de zeventiende dag van de maand, op diezelfde dag werden alle fonteinen van de grote diepte opengebroken, en de sluizen des hemels werden geopend. Op dezelfde dag gingen Noach, en Sem, en Cham, en Jafeth, de zonen van Noach, en Noachs vrouw, en de drie vrouwen zijner zonen met hen, in de ark; 16 En die er ingingen, gingen er in, manlijk en vrouwlijk van alle vlees, gelijk God hem geboden had; en de HEERE sloot hem in.

De Bijbel verbindt de zondvloed van Noachs dagen met 21 mei 2011, die precies 7000 jaar later kwam (4990 v.Chr. + 2011 = 7001 – 1 = 7000). Omdat 21 mei 2011 de laatste dag was van de periode van de Grote Verdrukking en ook precies 7000 jaar na de datum van de zondvloed viel, en omdat het ook de onderliggende Hebreeuwse kalenderdatum had van de 17e dag van de 2e maand (die precies overeenkwam met de dag dat God de deur van de ark sloot en de zondvloed bracht om de wereld te verwoesten), kunnen we er zeker van zijn dat God Zijn hand op 21 mei 2011 legde, als de dag dat de deur van de hemel werd gesloten voor de ongeredde bewoners van de aarde.

Het verbaast ons niet dat velen vandaag de dag met God in discussie gaan over Zijn daad om de deur van de hemel op deze wereld te sluiten. Het is eigenlijk in overeenstemming met de aard van de mensheid. Wanneer God een soeverein besluit neemt, kunnen we verwachten dat de natuurlijk denkende mens met Hem hierover in discussie gaat. Mensen doen dit de hele tijd met betrekking tot Gods verkiezingsprogramma met betrekking tot wie Hij redt; en nu doen mensen precies hetzelfde met betrekking tot wanneer God de besparing doet.

Het sluiten van de deur is een handeling die God uitvoert volgens Zijn volmaakte en soevereine wil. Als God iets opent (zoals Hij eerder de deur wijd had geopend om een ​​grote menigte te redden uit de Grote Verdrukking), kan de mens het niet sluiten. Evenzo, als God iets sluit, kan geen mens het openen.

Openbaring 3:7… die opent en niemand kan sluiten, en die sluit en niemand kan openen,

Ware gelovigen zijn slechts mensen. Wij zijn niet degenen die de tijden en seizoenen van Gods reddingsprogramma bepalen, noch bepalen wij wanneer deze tijden en seizoenen in het oordeel zullen eindigen. Als het aankomt op de deur van de hemel, is het kind van God gewoon een deurwachter:

Psalm 84:10…Ik zou liever een deurwachter zijn in het huis van mijn God, dan wonen in de tenten van de goddeloosheid.

De Bijbel onthult dat God de enige is die de nodige macht en autoriteit bezit om dit soort geweldige decreten te maken. Het is de Bijbel die erop staat dat de hemelpoort nu gesloten is voor alle ongeredde bewoners van de aarde. Daarom komt deze leer van degene die de decreten uitvaardigt aan de deurwachters en niet aan de nederige deurwachters zelf.

Het kind van God, levend en op aarde achtergebleven in de Dag des Oordeels, kan zijn rol van nederige deurwachter alleen vervullen als hij instructies ontvangt uit het Woord van God, de Bijbel. Het is de Bijbel die aangeeft en bevestigt dat Gods reddingsplan eindigde op 21 mei 2011. Het is de Bijbel die verklaart dat God op die dag een vreselijk en verschrikkelijk oordeel bracht, het oordeel van het sluiten deur hemelpoort. Dit oordeel beëindigde Christus' werk van het redden van zondaars: een oordeel dat de mens niet met zijn fysieke ogen kon zien en daarom is het op dit moment een geestelijk oordeel. Er is een grote waarschijnlijkheid dat het oordeel dat nu over de wereld komt, 22 werkelijke jaren / 23 inclusief zal duren en zal eindigen in het jaar 2033.

DE HOOP DIE GOD STAAT TOE MENSHEID IN DE TIJD VAN HET LAATSTE OORDEEL

V: Zegt u dan dat er geen hoop meer is voor mensen om gered te worden?
A: Nogmaals, we moeten heel duidelijk zijn dat God niet langer actief zondaars redt. Hij heeft dat werk voltooid. Onthoud dat Johannes 9:4 zegt: "de nacht komt waarin niemand kan werken." Christus zal vandaag niet iemand redden die op dit moment niet gered is. De Bijbel geeft aan dat de geestelijke conditie van elke persoon nu voor eeuwig vastligt.

Lukas 16:26 En bovenal is er tussen ons en u een grote kloof, zodat zij die van hier tot u willen komen, dat niet kunnen; en ook zij die van daar komen, niet tot ons.

V: Dus u zegt dat alle hoop verloren is?
A: Gedurende deze tijd van oordeel over de wereld is de enige hoop die de Bijbel toestaat, de hoop dat God misschien een persoon heeft gered voordat Hij de deur van de hemel sloot op 21 mei 2011; dat wil zeggen, als een persoon geen deel uitmaakte van een kerk en ze de boodschap uit de Bijbel hoorden, dan mogen ze hopen dat God hen heeft gered voordat Hij de deur van de hemel sloot. Een persoon met deze hoop in gedachten kan naar God gaan en zeggen: "O Vader, heb genade gehad (voor 21 mei) heb genade.”

V: Wat als iemand lid is van een kerk?
A: Dat is een ander verhaal. God beëindigde het tijdperk van de kerk en gebood Zijn volk om de kerken te verlaten. God verrichtte het werk van verlossing in de kerken al niet gedurende het 23-jarige oordeel over hen (21 mei 1988 tot en met 21 mei 2011) en daarom kon iedereen die vóór 21 mei 2011 in de kerk bleef, onmogelijk gered zijn geworden terwijl ze daar waren. Geestelijk was dit verschrikkelijk voor hen, maar de zaken werden nog erger toen het oordeel van de kerken overging naar de wereld (op 21 mei 2011); op dat moment breidde de toestand van "geen verlossing" (die uitsluitend in de kerken voorkwam) zich uit naar de hele wereld. Tragisch genoeg betekent dit dat mensen in de kerken niet gered konden worden tijdens de glorieuze periode van de uitstorting van de late regen en nu, in de Dag des Oordeels, helemaal niet gered kunnen worden omdat God Zijn verlossingsprogramma heeft beëindigd. Het enige dat de Bijbel toestaat met betrekking tot de gemeenteleden, is een gebed waarin zij God verzoeken de beker van toorn van hen weg te nemen.

Mattheüs 26:39 … Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze drinkbeker aan Mij voorbijgaan; doch niet gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt.

GOD BEVEELT ONS OM ZIJN SCHAPEN TE VOEDEN!

V: Dit is zeer verontrustend informatie. Als er geen hoop op redding is, waarom deelt u dit dan met mensen?
A: U stelt een goede vraag. Er zijn minstens drie redenen waarom een ​​ware gelovige deze dingen met anderen wil delen: Ten eerste beveelt God ons om Zijn schapen te voeden; dat wil zeggen, de meerderheid van de uitverkorenen die God redde tijdens de periode van de Grote Verdrukking (de grote menigte) leeft nog steeds op aarde in deze tijd van oordeel. Omdat we geen idee hebben wie deze mensen zijn, moeten we de leringen van de Bijbel openlijk met iedereen delen. De dingen die we delen zijn trouw aan Gods Woord, en het is het delen van de waarheid die de schapen van God geestelijk voedt en voedt. Ten tweede, het laatste wat veel van deze mensen uit de Bijbel hoorden, was dat 21 mei 2011 de Dag des Oordeels over de wereld zou zijn. We willen dat de uitverkorenen precies weten op welke manier God de wereld actief oordeelt.

Ten derde gebiedt God Zijn volk om niet stil te zijn, maar om deze dingen te publiceren. De Heer gebruikt Babylon als een beeld van de wereld onder Zijn toorn en zegt in Jeremia 50:

Jeremia 50:2 Maakt het bekend onder de heidenvolken, en verkondigt het, en richt een banier op; verkondigt het, en verbergt het niet; zegt: Babel is ingenomen,

   

Voor meer informatie, bezoek:
www.Ebiblefellowship.org
www.ebible2.com
Bezoek onze Facebookpagina:
www.facebook.com/ebiblefellowship
Bezoek ook ons YouTube-kanaal
www.youtube.com/ebiblefellowship1
U kunt een bericht, vraag of commentaar op:
info@ebiblefellowship.org
Of schrijf ons op: E Bible Fellowship,
P.O. Box 1393 Sharon Hill, PA 19079 USA